Er wordt veel gehuild in mijn bijzijn. Menig lezer zal dat wel herkennen. En daarbij blijf ik dan kalm. Niet ijzig kalm. Wij zijn nooit ijzig. Meer een warm soort kalmte. Want wij schrikken niet van tranen en wij vinden dat die er best mogen zijn.
Maar mij valt op dat er altijd verontschuldigingen volgen op die tranen. ‘Sorry’ is blijkbaar níet het moeilijkste woord. ‘Je hoeft voor mij geen sorry te zeggen.’ Dat is wat ik denk. Ik zeg het niet, dat zou lomp wezen. Ik ben stil en wacht. Warme kalmte. Maar thuisgekomen vraag ik mij wel af waarom er ‘sorry’ wordt gezegd. Waar komt dat vandaan?
Sorry klinkt soms als: ‘Mijn excuses dat ik u er mee lastigval.’ Dan ben ik ineens weer een ‘u’ terwijl ik toch al ruim een uur eerder een ‘je’ was geworden. Maar ik héb er helemaal geen last van! En de anderen aan tafel misschien evenmin. Misschien laten we in het dagelijks leven, zonder recente dode in ons midden, te weinig aan elkaar weten dat tranen best mogen. Niet alleen tranen van ontroering bij iets heel moois en teders, maar ook tranen van gemis en verdriet mogen. We mogen dat elkaar laten weten.
Sorry klinkt soms als: ‘Zo ben ik normaal niet, hoor.’ Nou, deze dagen is er helemaal niks meer normaal. Je moeder of opa is net overleden, dat is echt niet normaal. Dat is zo ingrijpend, dat kan echt wel meer dan een beetje verdriet geven en dus ook een traantje. Het blijft vreemd dat zelfs bij zo’n aardschokkende ervaring geen tranen zouden mogen vloeien. Laten we afspreken met elkaar dat wij in zulke gevallen erkennen dat een verhoogde staat van emotionaliteit toegestaan is. Want als je nú niet mag huilen, wanneer dan wel?
Sorry klinkt soms als: ‘Ik hoor als sterke mens toch niet te huilen?’ Vrouwen die moeder zijn, vinden dat, met het oog op de kinderen. De alles aankunnende moeder die schokbestendig door het leven gaat en altijd alles aankan. Als je je moeder nooit hebt zien huilen, maakt haar dat dan tot een sterke moeder? Of denkt het kind dan: ik wil niet volwassen worden, want dan moet ik door het leven als ijskast?
Mannen op hun beurt vinden dat zij sterk moeten zijn op grond van het idee dat helden niet huilen. Nou, dat klopt wel: er zijn helden die niet huilen. Maar dat zijn bordkartonnen helden, ongeloofwaardige helden. Maar échte helden daarentegen huilen wel. Ik geef twee voorbeelden, een uit de Bijbel en een uit de Trojaanse Oorlog. Jezus huilt omdat hij ziet dat de twee zussen
van de overleden Lazarus bedroefd zijn. Achilles huilt omdat zijn beste vriend Patroclus gedood is in de strijd om Troje. De schrijvers van die teksten vermelden geen verontschuldigingen. Echte helden zeggen dus nooit sorry voor hun tranen. Echte helden huilen.
Dus huil maar gerust. Zeg geen sorry. Ik blijf kalm. Warm kalm. Want het mag.
Deze column werd gepubliceerd in Vakblad Uitvaart, november/decemberi (6/2024).
Ger Thonen is ritueelbegeleider en voorzitter van de Landelijke Beroepsvereniging van Ritueelbegeleiders.