Dit interview is eerder gepubliceerd in Vakblad Uitvaart van december 2018.
Wat hebben Grimbert Rost van Tonningen, Lotte Wolf en Thijs Bleiker met elkaar gemeen? Peter de Waard stond recentelijk in de Volkskrant stil bij het overlijden van de zoon van foute ouders, de jonge sommelier en de grote tbc-onderzoeker. Wekelijks schrijft hij minstens drie necrologieën.
“De necrologie is in het Angelsaksische taalgebied echt een journalistiek genre, geen enkele krant kan in feite zonder deze ‘obituaries’. Als correspondent in Londen raakte ik er begin deze eeuw door geïnspireerd, met name door al die prachtige verhalen over overleden oorlogshelden, zoals RAF-piloten die in 1940 hadden meegevochten in de Battle of Britain. Al die kleine geschiedenissen in een notendop, geweldig… De Volkskrant had in die periode al wel een necrologierubriek van Peter Brusse, toevallig ook oud-correspondent in Engeland, maar na mijn terugkeer naar Nederland in 2007 kwam er met Het Eeuwige Leven pas een vaste structuur.
Ik schrijf er inmiddels drie per week, vooral op basis van eigen onderzoek, zoals het lezen van overlijdensadvertenties. Maar gelukkig komen er inmiddels ook met enige regelmaat tips binnen. Geschikte kandidaten, allemaal uit Nederland overigens, moeten enige nationale bekendheid hebben. Ik doe geen lokale helden of dorpsgekken. En ook niet de heel grote namen, zoals iemand als Toon Hermans. Zo’n necrologie wordt door een specialist uit de wereld van kunst en cultuur geschreven.
De onderwerpkeuze voor Het Eeuwige Leven is met gebieden als sport, cultuur en wetenschap heel breed, en dat is bewust beleid. Ik probeer ook sterk af te wisselen wat betreft regio’s; voor je het weet krijg je het verwijt dat je een echte Randstadkrant bent. En ik moet opletten dat er ook voldoende vrouwen worden geportretteerd. Voor informatie leg ik altijd contact met familie of collega’s, het is per slot van rekening een journalistieke rubriek. Bovendien wil ik de regels voor privacy in acht nemen. Neen, een persoonlijke voorkeur voor onderwerpen heb ik niet echt, ik vind alles even interessant. Welk stuk me nog bij staat? Eerlijk gezegd is het eigenlijk: hoe dramatischer, hoe belangrijker. Ik weet nog wel van een depressief meisje dat in Zuid-Afrika zelfmoord pleegde, met instemming van de ouders. Dat vond ik heel bijzonder om te schrijven.
Ja, elke week drie artikelen is best veel. Hoeveel er dat in totaal al moeten zijn? Toevallig heeft iemand ze pas geteld, het zijn er inmiddels bijna duizend. Aan welke necrologie ik momenteel werk? Die van prof.ir. Erik Asmussen, die als eerste directeur van de SWOV aan de basis heeft gestaan van het wetenschappelijk verkeersveiligheidsonderzoek in ons land. De man dus van het zeer open asfaltbeton, het zoab.
Wat er in mijn eigen necrologie moet komen te staan? Dat is wel een heel persoonlijk slot… (Lacht) ‘Een bevlogen journalist’. En wie dat stuk moet schrijven? (Weer een lach) Ik hoop voorlopig nog niet dood te gaan.”
Peter de Waard (1955, Heiloo) wordt in 1975 journalist. Na Het Noordhollands Dagblad en Het Parool volgt tien jaar later de overstap naar de Volkskrant. Voor die krant is hij onder meer zeven jaar correspondent in Londen. In die tijd wordt hij geraakt door het fenomeen ‘obituaries’, waarin elke Engelse krant gepaste aandacht besteedt aan bekende en minder-bekende overledenen. Terug in Nederland komt er in 2007 een vaste rubriek in zijn krant met de titel Het Eeuwige Leven.
Auteur: John de Graaff