De Stichting Klachteninstituut Uitvaartwezen behandelt klachten van consumenten over een uitvaart. In het afgelopen jaar 2022 hebben 112 personen contact opgenomen met het Klachteninstituut. Dat zijn er 8 minder dan in het jaar 2021 toen de Ombudsman startte met een proef om ook klachten van / over ongebonden ondernemers te kunnen onderzoeken. Die moeten daar dan per situatie mee instemmen. In 2022 is zes keer ingestemd met behandeling van een klacht van een ongebonden ondernemer. Omdat het overgrote merendeel van de ondernemers in de uitvaartbranche ongebonden is (circa 75%), kan de proef nog niet succesvol worden genoemd. De ombudsman gaat de proef wel continueren, want elke klacht die door behandeling van de ombudsman kan worden opgelost, versterkt de professionaliteit en het lerend vermogen van de branche.
De Stichting Klachteninstituut Uitvaartwezen dankt zijn bestaan aan de gezamenlijke brancheverenigingen binnen de uitvaartwereld. Dat zijn de Branchevereniging Gecertificeerde Nederlandse Uitvaartondernemingen (BGNU), Nardus, Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen (LOB), Landelijke Vereniging van Crematoria (LVC), Vereniging van Mortuariumbeheerders in de Gezondheidszorg (VMG) en de Stichting Keurmerk Uitvaartzorg. De stichting stelt de ombudsman aan, die onderzoek doet naar ingediende klachten.
De Stichting Klachteninsituut Uitvaartwezen heeft een klachtenreglement opgesteld en de ombudsman doet uitspraak na bestudering van documenten, hoor en wederhoor. In het klachtenreglement liggen waarborgen, die zorgen dat de ombudsman onafhankelijk en onpartijdig kan oordelen. Niet alleen consumenten kunnen klachten indienen, maar ook uitvaartondernemers kunnen zich tot de ombudsman wenden voor een onderzoek of voor bemiddeling. De ombudsman kan in principe alleen uitspraak doen over de dienstverlening van ondernemers die lid zijn van één van de aangesloten branche organisaties. Met de proef die in 2022 startte kan de ombudsman ook uitspraak doen over de dienstverlening van ongebonden ondernemers. Nabestaanden die hun klacht niet kunnen voorleggen aan de ombudsman, kunnen deze altijd wel door een rechter laten toetsen. Die procedure kent echter hogere drempels. Zo is deze procedure duurder voor de nabestaande.
Deze vorm van consumentenbescherming is één van de pijlers waarmee de uitvaartbranche professionaliseert. Dankzij de uitspraken van de ombudsman wordt ook het lerend vermogen van de aangesloten uitvaartondernemingen versterkt. In 2022 heeft de Ombudsman niet alleen uitspraken gedaan over de dienstverlening van ondernemers, de ombudsman heeft ook het pleidooi ondertekend waarmee de branche organisaties de overheid oproept om het menselijk lichaam meer rechten te geven tussen het moment van overlijden en de begrafenis of crematie. Met wettelijke borging van kwaliteitsnormen ontstaat er een gelijk speelveld voor alle ondernemers in de uitvaartbranche. Daarmee wordt de rechtsbescherming en het lerend vermogen versterkt.
De Stichting Klachteninstituut Uitvaartwezen en de ombudsman kijken met belangstelling uit naar de publieke consultatie van de herziening van de Wet op de Lijkbezorging die voor de zomer wordt verwacht. De Stichting en de ombudsman vertrouwen er op dat in de herziene Wet de positie van de ombudsman wordt versterkt en dat wettelijke borging van kwaliteitsnormen er voor zorgt dat er voor de ombudsman meer houvast komt bij voorliggende kwesties.