Dit interview is eerder gepubliceerd in Vakblad Uitvaart, april 2015
Dineke van der Deijl-Niemeijer (58) is gastvrouw en werkt voor de Helpende Hand, een uitzendbureau voor uitvaartmedewerkers.
Hoe bent u in de branche terecht gekomen?
“Ik werk niet full time als gastvrouw. Ik ben secretaresse van de manager in een verpleeghuis. Toen mijn vader zeven jaar geleden overleed, vond ik dat zijn uitvaart keurig werd verzorgd. Ik dacht: dat zou ook iets voor mij kunnen zijn om daaraan mee te helpen. Als secretaresse heb ik een dienstbaar beroep, maar dat wordt in mijn situatie steeds verder gedigitaliseerd. In de uitvaartbranche ben je juist altijd met mensen bezig. Dat vind ik fijn. Een van mijn collega’s werkte ook in de uitvaartbranche. Via haar ben ik in de branche beland.”
Hoe ziet uw werkdag eruit?
“Ik word gebeld of ik kan helpen bij een condoleance. Onlangs heb ik geholpen bij een grote uitvaart waar extra medewerkers nodig waren. Dan zeg ik gerust mijn afspraken af om te kunnen helpen. Als gastvrouw kan ik naast het verzorgen van de catering ook helpen bij het klaarzetten van de kist met de overledene, het rangschikken van de bloemen en de zorg voor het condoleanceregister. Wanneer de familie en de bezoekers aankomen, begeleid ik ze naar de rouwkamer. Dat is heel belangrijk, want de mensen komen vaak wat onwennig binnen. Je komt natuurlijk niet iedere dag in een uitvaartcentrum.”
Wat moet een goede gastvrouw kunnen?
“Het contact met de familie en andere nabestaanden is het belangrijkst. Sommige families zijn afstandelijk, worden gegrepen door emoties. Daar moet je doorheen kunnen prikken, wil je hen kunnen ondersteunen. De gastvrouw is op de achtergrond aanwezig, maar moet wel voldoende zichtbaar zijn als de familie vragen heeft. En je moet goed in de gaten houden dat de familie ondanks alle drukte voldoende aandacht krijgt. Dat ze ook tijd krijgen om even te eten en drinken.”
Wat vindt u het mooiste aan uw werk?
“Ik vind mijn werk echt een verrijking. Ik probeer op mijn manier het afscheid te verzachten. Ik krijg veel mooie levensverhalen te horen en ik kan mensen een luisterend oor bieden. Je maakt echt contact, dat vind ik mooi. Maar ik kan ook heel goed afstand bewaren. Na een uitvaart of condoleance weet ik: ik heb mijn best gedaan.”
Bent u door uw werk anders naar de dood gaan kijken?
“Niet echt. Het komt zoals het komt, denk ik altijd. Ik sta er heel nuchter in. Mocht ik er morgen niet meer zijn, zou ik dat erg vinden voor mijn kinderen, mijn nabestaanden. Ik denk wel eens dat mensen wat minder materialistisch mogen zijn, iets meer kunnen relativeren. Straks schenk ik koffie voor jouw nabestaanden in, denk ik dan. Geniet toch van het leven.”
Wat is het grootste misverstand over uw vak?
“Veel mensen vragen mij of ik het niet eng vind om te werken bij een uitvaart. Eng? Wat is er eng aan? De overledene ligt er rustig bij. Je kunt iets betekenen voor de nabestaanden. Mensen
hebben soms vreemde ideeën over de dood. Voor mij maakt het deel uit van het leven.”
auteur: Alexandra Sweers