Een ruime meerderheid van de Nederlanders vindt dat mensen over het algemeen te weinig tijd krijgen om te rouwen. Dat blijkt uit de Afscheidsmonitor van Yarden. Het onderzoek toont de noodzaak aan van ruimere mogelijkheden voor het rouwverlof, zodat nabestaanden beter in staat zijn om hun leven weer op te pakken en de eenzaamheid die zij ervaren te verminderen.
Rouwverlof te beperkt
Uit de Afscheidsmonitor van Yarden blijkt dat zes op de tien Nederlanders van mening zijn dat nabestaanden te weinig tijd krijgen om te rouwen na het overlijden van een dierbare. Slechts 13% vindt dat daar wel voldoende tijd voor is. Op dit moment varieert het rouwverlof in de meeste gevallen van enkele dagen tot maximaal 10 dagen. De gemiddelde afwezigheid op de werkvloer bij het verlies van een partner is 170 dagen.
Ron Bavelaar, directievoorzitter van Yarden: “Bij rouwverwerking moet er niet langer in standaarden worden gedacht. Mensen moeten zelf kunnen bepalen hoe lang zij nodig hebben om het verlies van een dierbare een plaats te geven. De een is gebaat bij de structuur van werk en de aandacht van collega’s. De ander rouwt het beste in de privé-omgeving. Meer ruimte en flexibiliteit om aan deze wensen tegemoet te komen, is noodzakelijk. Dat helpt mensen om de draad weer op te pakken wanneer zij daar aan toe zijn. Yarden laat haar medewerkers dan ook zelf bepalen hoe lang ze thuisblijven als ze een dierbare hebben verloren. Zij regisseren bij het verlies van een dierbare zelf hun terugkomst naar de werkvloer. Het kan betekenen dat de gemiddelde rouwperiode van 170 werkdagen wordt verkort naar bijvoorbeeld 100, maar ook dat deze langer dan gemiddeld duurt.”
Nederlanders onmachtig bij rouwverwerking
De eenzaamheidsgevoelens die nabestaanden na de dood van een dierbare ervaren, worden vaak niet herkend door de omgeving. Maar liefst twee derde van de nabestaanden geeft dit aan. Een kwart van de nabestaanden onderdrukt weleens de behoefte om te praten over het overlijden van hun dierbare. Ook de directe omgeving van de nabestaande weet vaak niet goed met de situatie om te gaan. Dit uit zich geregeld in opmerkingen die als kwetsend worden ervaren, zoals “Het is maar beter zo” of “Je vindt wel weer iemand anders”.
Bavelaar: “Er heerst nog steeds een enorm taboe op de dood en op het afscheid. Dat staat een gezonde rouwperiode in de weg. Hoe tegenstrijdig het ook klinkt, om de pijn te verzachten zullen we het afscheid meer moeten omarmen.”
Yarden Afscheidsmonitor
Yarden doet twee keer per jaar onderzoek onder de Nederlandse bevolking naar trends en ontwikkelingen op het gebied van verlies, afscheid, uitvaart, herinneren en rouw. Met de Afscheidsmonitor probeert Yarden zo goed mogelijk inzicht te verkrijgen in maatschappelijke ontwikkelingen. Het onderzoek wordt uitgevoerd onder minstens 500 respondenten door marktonderzoekbureau PanelWizard.