Het AMC heeft een vergunning gekregen om lichamen die ter beschikking zijn gesteld aan de wetenschap, te begraven op een kleine begraafplaats op het eigen terrein. Het doel is om wetenschappelijk onderzoek te doen naar het ontbinden van lichamen. Behalve puur wetenschappelijk is deze begraafplaats van belang voor forensisch onderzoekers en bij het oplossen van ernstige misdrijven.
De wetenschappelijke begraafplaats komt in een hoek van het AMC-terrein. Daar is plaats voor enige tientallen lichamen waarmee onderzoek gedaan kan worden. “We willen medio dit jaar beginnen met het onderzoek en het eerste lichaam begraven”, zegt hoogleraar Anatomie Roelof Jan Oostra van het AMC. Het is de eerste keer dat in Nederland een dergelijke zogenoemde tafonomische begraafplaats wordt gerealiseerd. In Amerika en Australië zijn die er al maar de resultaten daarvan zijn door klimaatverschillen niet te vertalen naar Nederlandse omstandigheden. De onderzoekers zullen een jaar of vijf onderzoek gaan doen op de AMC-begraafplaats, met een oppervlak van ongeveer vijfhonderd vierkante meter. Op de begraafplaats kunnen forensische wetenschapper zien hoe lichamen onder natuurlijke omstandigheden ontbinden. Geregeld stuiten rechercheurs op lichamen die door criminelen ergens zijn begraven. Kennis van ontbindingsprocessen in menselijke lichamen is van groot belang om vast te kunnen stellen hoe lang geleden iemand al overleden is en onder welke omstandigheden. In juridische situaties kan dergelijke informatie van doorslaggevend belang zijn bij het oplossen van een misdaad. Op de begraafplaats van het AMC worden de lichamen zonder kist op een diepte van maximaal één meter begraven. Met het lichaam gaat meetapparatuur mee de grond in om de ontbinding te volgen. Welke gassen komen er vrij? Welke stoffen worden er door de tijd heen gevormd?
De begraafplaats op het AMC-terrein krijgt een drie meter hoge omheining met groen doek. Er is aan niets te zien dat er lichamen zijn begraven. De lichamen zijn aan het AMC ter beschikking gesteld door mensen die bij leven te kennen hebben gegeven dat ze geen bezwaar hebben dat hun lichaam wordt gebruikt voor dit type onderzoek. Op de begraafplaats werkt het AMC samen met onderzoekers van de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatie (FNWI) van de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Maastricht, het Nederlands Forensisch Instituut en het team Bijzondere Zoekingen van de Landelijke Eenheid van de politie.