Brana, de branchevereniging voor natuurbegraafplaatsen in Nederland heeft een gedragscode voor natuurbegraafplaatsen ontwikkeld. Voorzitter Gé Peterink presenteerde de gedragscode aan oud-profwielrenner en huidig schrijver en columnist voor NRC Peter Winnen. Dat gebeurde op het symposium ‘Verantwoord natuurbegraven van levensbelang voor gebruiker en natuur’ op 16 december in Baarn.
Natuurbegraafplaatsen zijn in opkomst in Nederland. Maar aan welke criteria moet een natuurbegraafplaats voldoen om zowel volwaardig natuurgebied als volwaardig begraafplaats te zijn? Die vraag wordt beantwoord in de Brana gedragscode . Tijdens het symposium zijn diverse aspecten en ontwikkelingen rondom deze gedragscode en natuurbegraven belicht.
Het symposium was een gezamenlijk initiatief van Nationaal Groenfonds en Brana. Ruim zestig vertegenwoordigers van rijk, provincie, gemeenten, belangenorganisaties en natuurbegraafplaatsen namen deel aan het symposium. Op de websites van Nationaal Groenfonds en Brana staat een uitvoerig verslag van het symposium.
Vertrouwen mag niet beschaamd worden
Brana-voorzitter Gé Peterink schetste de ‘moderne’ geschiedenis van natuurbegraven in Nederland en de actuele ontwikkelingen. Hij waarschuwde voor reputatieschade bij consument en samenleving als initiatiefnemers voor natuurbegraafplaatsen zich onzorgvuldig en onvoldoende voorbereiden. “De risico’s die elke beginnende sector bedreigen – veel afvallers na een enthousiaste start – kan deze branche zich niet veroorloven”, was zijn conclusie. Om die reden acht hij een gedragscode van groot belang.
Voor Peter Winnen, wiens echtgenote ligt begraven op natuurbegraafplaats Weverslo – heeft de gedragscode extra betekenis. Hij benadrukte het belang van ‘eeuwige’ grafrust’ en van de publieke toegankelijkheid van het terrein.
Alterra onderzoeker Wim de Haas benadrukte – in een reactie op de kritiek op twee Alterra rapporten uit 2009 en 2013 – het belang van het opstellen van natuurbeheersplannen voor natuurbegraafplaatsen en van het langdurig monitoren van de effecten van natuurbegraven of natuur in relatie tot de natuurbeleidsplannen.
Jac. Meter senior adviseur van het Nationaal Groenfonds bepleitte een faciliterende en regisserende rol voor de overheid (provincie en gemeente) aangezien er twee maatschappelijke doelen worden gediend: vergroting van begraafcapaciteit en het realiseren en beheren van natuur. Voor de particuliere ondernemer is een goed onderbouwd bedrijfsplan van groot belang omdat dit noodzakelijk is voor financiering. Het Nationaal Groenfonds kan onder voorwaarden participeren in de financiering in samenhang met andere financiers. Het Nationaal Groenfonds ziet Brana als een netwerk voor toetsing en bewaking van de (Natuur)kwaliteit en continuïteit van de aangesloten organisaties.
De naleving van de gedragscode
Brana-leden, worden door het Instituut Nederlandse Kwaliteit periodiek getoetst op de juiste naleving van de code. De code onderscheidt een harde toets op de juiste uitvoering van het concept en een spiegelende beoordeling op de organisatorische aspecten. Tot dat laatste behoren ook de suggesties voor verbetering van de organisatie. Dit deel is inhoudelijk en wordt door het INK alleen en vertrouwelijk gedeeld met de betreffende natuurbegraafplaats. Ruud Stassen directeur van het INK lichtte toe hoe de toetsingsprocedure verloopt.
Uitnodiging om Brana-lid te worden
Natuurbegraafplaatsen in voorbereiding kunnen zich aanmelden als aspirant lid. Na een positieve toets wordt de aspirant status omgezet in een volwaardig lidmaatschap. Ondertekenaars van de gedragscode garanderen integriteit, continuïteit en kwaliteit van beleid, evenals correcte naleving van de gedragsregels en een periodieke deelname aan de INK toetsing. Voor meer informatie www.brana.nu