De ombudsman van het Klachteninstituut Uitvaartwezen heeft een klacht behandeld (klacht 2014/27) en hierover uitspraak gedaan.
Bij het opstellen van de kostenbegroting had de ondernemer met twee uitkeringen van verzekeringen “onder voorbehoud “ rekening gehouden. Achteraf bleek echter dat er slechts sprake was van één geldige verzekering, zodat het door klager te betalen bedrag hoger uitviel. Klager was van mening dat de ondernemer beter had moeten controleren of de polissen inderdaad betrekking hadden op de overledene. De ondernemer zou tijdens de bespreking de polissen daadwerkelijk hebben gezien.
De ondernemer gaf een geheel andere lezing. Tijdens de bespreking van de uitvaart kwam de familie met het verhaal dat er uitvaartverzekeringen zouden zijn. Een familielid is toen met hun verzekeringsagent gaan bellen om de hoogte van de uitkering op te vragen. Deze informatie heeft de ondernemer “onder voorbehoud” op de begroting meegenomen. Enkele dagen later heeft de ondernemer een mail met en kopie van slechts één polis ontvangen.
De ondernemer stelt dat hij toen niet de polissen heeft gezien, dus ook niet de te verwachten uitkeringen kon vaststellen. Hoe één en ander ook is gebeurd doet feitelijk niet ter zake. De opdrachtgever blijft altijd verantwoordelijk voor de uitkering van verzekeringen. Aan een polis is nooit te zien of deze nog geldig is of niet; dat blijkt slechts bij inlevering van de polis bij de verzekeringsmaatschappij. Om die reden heeft de ondernemer terecht de toevoeging “onder voorbehoud” op de begroting vermeld. De klacht is dan ook afgewezen.
De klacht is hier na te lezen.